[ ]
Op deze pagina:
[{"term":"221","id":0,"type":"QUICKLINKS"},{"term":"WAGO I/O-PRO","id":1,"type":"QUICKLINKS"},{"term":"Libraries_BA","id":2,"type":"QUICKLINKS"},{"term":"Gebouwen","id":3,"type":"QUICKLINKS"},{"term":"Aanwijzingen bij gebruik","id":4,"type":"QUICKLINKS"}]

Praktische tips
Veiligheid en normen: praktische tips bij onze producten

Voor het correcte gebruik van de producten van WAGO hebben wij met betrekking tot de veiligheid en de van toepassing zijnde normen alle informatie voor u samengevat.

Praktische tips

  • Naar keurmerken en normen
  • Naar temperatuurmetingen
  • Naar installatie en gebruik

Praktische tips bij keurmerken en normen

  • Altijd beschikken over genormeerde en veilige producten
  • Normen en keurmerken bij installatieklemmen
  • Internationale keurmerken en informatie op installatieklemmen van WAGO

Tip: altijd genormeerde en veilige producten gebruiken

Binnen de Europese Unie mag een product volgens de geldende voorschriften pas in de handel worden gebracht als het aan de vereisten van de van toepassing zijnde Europese richtlijnen voldoet, voor zover richtlijnen voor het desbetreffende product bestaan. Met de CE-markering verklaart de fabrikant, de distributeur of de namens de Europese Unie gemachtigde in overeenstemming met de Europese verordening 765/2008 "dat het product aan de van toepassing zijnde eisen voldoet die in de geharmoniseerde voorschriften van de Europese Gemeenschap vastgelegd zijn."
praxistipp-entscheidung.jpg

Verbindingsklemmen vallen onder het toepassingsbereik van de laagspanningsrichtlijn 2014/35/EG

In de referentielijst van de laagspanningsrichtlijn wordt voor verbindingsklemmen de serie van de norm EN 60998 als toepasbare norm genoemd. Alle verbindingsklemmen van WAGO zijn overeenkomstig de normen van deze serie door onafhankelijk keuringsinstanties getest en dienovereenkomstig gecertificeerd. Op basis van de testresultaten en de certificering verklaart WAGO dat aan de eisen van de laagspanningsrichtlijn voor deze producten wordt voldaan en voorziet de producten van het CE-keurmerk.
WAGO kenmerkt de verbindingsklemmen aanvullend met het ENEC-keurmerk. Dit keurmerk mag alleen worden gebruikt als tijdens de productie, aanvullend op de succesvolle typekeuring van het product, aan bijkomende eisen (bijvoorbeeld de toepassing van een kwaliteitsbewakingssysteem op het niveau van de standaard ISO 9000, regelmatige controles van de eindproducten en aantoonbare productiecontroles) is voldaan en dit door een externe keuringsinstantie aangetoond is. Het ENEC-keurmerk biedt de klanten van WAGO in vergelijking met vergelijkbare certificeringen van nationale keuringsinstanties (bijv. het Duitse VDE-keurmerk) het voordeel dat hierbij niet alleen de conformiteit met de nationale normen bevestigd wordt. Het ENEC-keurmerk dekt alle certificeringen van alle nationale keuringsinstanties af die deelnemen aan het ENEC-programma, en is dus onafhankelijk van de afgevende instantie. Momenteel mogen 25 gerenommeerde keuringsinstanties het ENEC-certificaat afgeven. Hiertoe behoren ook de VDE Prüf- und Zertifizierungsinstitut GmbH, SGS Fimko Ltd., de DEKRA Certification BV en de British Standards Institution.

Tip: normen en keurmerken bij installatieklemmen

In de norm DIN VDE 0100-520 voor kabel- en leidingssystemen in gebouwen is vastgelegd: bij de bouw van dergelijke systemen mogen voor het aansluiten van geleiders alleen klemmen worden gebruikt die aan de geldige Europese c.q. hiervan afgeleide Duitse productnormen voldoen. Voor verbindingsklemmen is hiervoor de norm EN 60998 (VDE 0613), voor rijgklemmen de norm EN 60947 (VDE 0611) vastgelegd. De bouwer van een dergelijk systeem moet dus eventueel kunnen aantonen dat de gebruikte producten aan deze normen voldoen. WAGO laat alle klemmen daarom overeenkomstig de genoemde normen en door onafhankelijke keuringsinstanties certificeren om de bouwer maximale productveiligheid te bieden. De keurmerken worden zowel op de verpakkingen als op de producten zelf aangebracht. Desgewenst stelt WAGO ook de certificaten ter beschikking.

tabelle.jpg

Goed gekeurd

Voor de keuring van klemmen voor gebruik in Duitsland of in Europa bestaan drie procedures waarvoor verschillende keurmerken afgegeven worden. De keurmerken verschillen ook met betrekking tot de toepasbaarheid van de productnormen en met betrekking tot de landen waar de keurmerken geldig zijn (zie de tabel).
Nieuwe keuringen voor verbindingsklemmen conform EN 60998 worden door WAGO overeenkomstig de ENEC-procedure uitgevoerd. Deze procedure komt overeen met de procedure voor het verkrijgen van het VDE-keurmerk, is met één keuring echter voor heel Europa geldig. Aangezien in de ENEC-procedure geen toelating voor rijgklemmen conform EN 60947 mogelijk is, voor deze producten echter wel een in heel Europa geldige toelating vereist is, worden nieuwe keuringen voor rijgklemmen overeenkomstig de CCA-procedure uitgevoerd. De CCA-procedure baseert op een nationale toelating in één Europees land en wordt ook met het desbetreffende nationale keurmerk geattesteerd. Een extra CCA-certificaat zorgt ervoor dat de nationale toelating in heel Europa geldig is.
Altijd veilig - met WAGO
De verantwoordelijkheid voor de keuze van toegelaten producten en een correcte installatie berust bij de installateur. Dankzij de toelating van alle klemmen van het grote productassortiment overeenkomstig de geldige productnormen biedt WAGO perfecte voorwaarden voor een normconforme installatie. Bovendien worden alle klemmen van WAGO intern met nog strengere kwaliteitseisen gekeurd c.q. getest. Pas als de klemmen voor deze tests geslaagd zijn, worden de producten vrijgegeven en kan de gebruiker vertrouwen op de typerende veiligheid en betrouwbaarheid van de producten van WAGO.

Tip: internationale keurmerken en informatie op installatieklemmen van WAGO

Installatieklemmen van WAGO worden door installateurs wereldwijd gebruikt. Een voorwaarde voor internationaal gebruik is een toelating overeenkomstig de van toepassing zijnde normen. Om deze reden zijn op de installatieklemmen van WAGO en op de verpakkingen nationale en internationale keurmerken alsook informatie over het toepassingsbereik aangebracht. Hierdoor weten gebruikers dat met de installatieklemmen van WAGO genormeerd materiaal gebruikt wordt.

Binnen Europa laat WAGO de installatieklemmen overeenkomstig de ENEC-procedure keuren. Deze procedure is in overeenstemming met de Europese norm EN 60998 en komt overeen met de procedure voor het verkrijgen van het VDE-keurmerk.

pruefzeichen.jpg

Met slechts één keuring kunnen producten van WAGO in heel Europa toegelaten worden. Deze keuring wordt door het ENEC-keurmerk gesignaleerd. Achter het keurmerk wordt een nummer weergegeven dat het identificatienummer van de keuringsinstantie aangeeft. Technische gegevens zoals nominale spanning, nominale stroom en informatie over de te gebruiken geleidersoorten en doorsneden zijn eveneens aangebracht. De informatie over de geleidersoorten is in het Engels aanwezig. Installatieklemmen van WAGO die met een "r" (Engels: "rigid") gekenmerkt zijn, kunnen worden gebruikt voor het klemmen van massieve en meeraderige geleiders. Installatieklemmen van WAGO die met een "s" of "sol." (Engels: "solid") gekenmerkt zijn, kunnen alleen worden gebruikt voor het klemmen van massieve geleiders. Installatieklemmen van WAGO die met "str."(Engels: "stranded") gekenmerkt zijn, kunnen worden gebruikt voor het klemmen van meeraderige geleiders. Installatieklemmen van WAGO die met een "f" (Engels: "flexible") gekenmerkt zijn, kunnen worden gebruikt voor het klemmen van fijnaderige geleiders.

Als installatieklemmen van WAGO vóór de introductie van de ENEC-keuring zijn toegelaten, zijn deze voorzien van nationale keurmerken zoals het VDE-keurmerk, het KEMA KEUR-keurmerk (Nederland) of het DEMKO-keurmerk (Denemarken). Bij deze keurmerken worden eveneens de technische gegevens weergegeven. Hierbij wordt meestal alleen de geleiderdoorsnede aangegeven en niet het doorsnedebereik. Installatieklemmen van WAGO kunnen naast de aangegeven geleiderdoorsneden ook de twee volgende kleinere geleiderdoorsneden conform EN 60998 klemmen.

Naast de Europese toelating beschikken de installatieklemmen van WAGO ook over toelatingen c.q. keurmerken voor de Noord-Amerikaanse markt. Hierbij gaat het om de toelatingen van de "Underwriters Laboratories" (UL) voor de VS en van de "Canadian Standards Association" (CSA) voor Canada. De twee genoemde keuringsinstanties hebben in het verleden een gemeenschappelijk keurmerk ingevoerd, het zogenoemde cULus-keurmerk. Overeenkomstig de normen wordt achter het keurmerk aanvullende informatie over het toepassingsgebied aangegeven.

In tegenstelling tot Europa wordt in Noord-Amerika niet het metrische systeem voor de geleiderdoorsnede (in mm2) gebruikt, maar het "American Wire Gauge"-systeem (AWG).

De installatieklemmen van WAGO worden ook door Japanse installateurs gebruikt. Hiervoor voldoen de klemmen aan de eisen van de "Product Safety Electrical Appliance and Material Safety Law" (PSE-norm). Deze wordt uitgegeven door de "Japan Electrical Testing Laboratories" (JET). Ook hier wordt informatie over het normconforme gebruik en over de bruikbare kabeldiameter weergegeven. In Japan wordt namelijk de kabeldiameter in plaats van de geleiderdoorsnede aangegeven. Vanwege de geoptimaliseerde constructie van de installatieklemmen van WAGO kunnen de keurmerken en de bijbehorende informatie niet altijd achter elkaar aangegeven worden.

Praktische tips bij de temperatuurbereiken

  • Toegestane temperatuurbereiken voor installatieklemmen van WAGO
  • Deskundige beoordeling van de opwarming van installatieklemmen

Tip: toegestane temperatuurbereiken voor installatieklemmen van WAGO

De toepassingen in de elektrische installatie zijn veelzijdig. De gebruiksomstandigheden ook! De temperatuur is een zeer belangrijke factor, aangezien de temperatuur speciale eisen aan de opwarming van het installatiemateriaal stelt.

De Europese norm voor verbindingsklemmen EN 60998 definieert voor het gebruik van installatieklemmen drie verschillende temperatuurgegevens.
  • Max. omgevingstemperatuur
  • Max. opwarming
  • Max. continue bedrijfstemperatuur
De installateur moet beslissen of de desbetreffende installatieklem wel of niet geschikt is voor de applicatie. Hiervoor kan meestal alleen de maximale omgevingstemperatuur als referentiepunt worden gebruikt. Voor gekeurde installatieklemmen conform EN 60998 geldt, voor zover niet anders vermeld, overeenkomstig de norm een maximale continue bedrijfstemperatuur van 85 °C. Ervan uitgaande dat de maximale opwarming van de desbetreffende klem volledig benut is, geldt na aftrek van de genormeerde maximale opwarming van 45 K (komt overeen met 45 °C) een toegestane maximale omgevingstemperatuur van 40 °C.
Praxistipp_Tabelle.png

Fabrikanten kunnen ook temperaturen aangeven die hiervan afwijken

Dit zijn over het algemeen continue bedrijfstemperaturen. Na aftrek van de maximale opwarming van 45 K is het resultaat de toegestane maximale omgevingstemperatuur.
WAGO maakt gebruik van deze mogelijkheid. Indien niet anders vermeld, geldt voor installatieklemmen van WAGO een maximale continue bedrijfstemperatuur van 105 °C. Na aftrek van de maximale opwarming van 45 K betekent dit een toegestane maximale omgevingstemperatuur van 60 °C. Hierdoor zijn de installatieklemmen van WAGO over het algemeen voor hogere temperaturen toegelaten en overtreffen de in de normen gestelde eisen.
Toelating voor hogere omgevingstemperaturen mogelijk
De norm DIN EN 60998 biedt bovendien de mogelijkheid om klemmen voor hogere omgevingstemperaturen toe te laten. Dit is mogelijk als de fabrikant door constructieve maatregelen aan de klem (bijv. meer of hoogwaardiger materiaal) ervoor zorgt dat de klem slechts in geringe mate opgewarmd wordt. Klemmen die overeenkomstig de norm toegelaten zijn voor een hogere continue bedrijfstemperatuur dan 85° C, worden in het certificaat conform EN 60998 gemarkeerd met een T-markering, bijv. T55. Deze T-markering bestaat uit de letter "T" en een cijfer dat de maximale temperatuur voor deze klem aangeeft.
Maximale omgevingstemperatuur:
  • Maximale temperatuur in °C van de omgevingslucht waarin de klem ingezet kan worden. De maximale omgevingstemperatuur komt overeen met de genormeerde T-markering (bijv. T85).
Maximale opwarming:
  • Maximaal toegestane temperatuurverhoging in Kelvin bij een ongunstige elektrische belasting.
  • Deze ontstaat door de stroomdoorgang in de klem. De maximale opwarming bij verbindingsklemmen die conform EN 60998 toegelaten zijn, is in de norm beperkt tot 45 K (komt overeen met een temperatuurstijging van 45 °C). De fabrikanten maken van deze maximaal toegestane opwarming gebruik bij de dimensionering van de klemmen. Het materiaal voor de geleidende onderdelen kan hierdoor economisch worden gebruikt.
Maximale continue bedrijfstemperatuur:
  • Maximale temperatuur in °C die de klem tijdens continu gebruik mag bereiken.
  • Deze temperatuur is de som van de maximaal toegestane omgevingstemperatuur en de maximaal toegestane opwarming.
Bij klemmen die dienovereenkomstig gemarkeerd zijn vervalt de berekening van de toegestane omgevingstemperatuur. De temperatuur wordt direct als cijfer aangegeven. Door de aanzienlijk geringere opwarming dan volgens de norm toegestaan, is de nieuwe COMPACT-verbindingsklem voor alle soorten geleiders van de serie 221 bijvoorbeeld gemarkeerd met "T85". Dit betekent dat de klem bij omgevingstemperaturen van maximaal 85 °C ingezet kan worden.
Enkele installatieklemmen van WAGO zijn ontwikkeld voor speciale toepassingen. Deze klemmen worden gekenmerkt door speciale maximale temperatuurbereiken die in de meeste gevallen ver boven de genormeerde eisen liggen. De temperaturen van de installatieklemmen van WAGO zijn in de tabel samengevat.

Tip: deskundige beoordeling van de opwarming van installatieklemmen

Eisen overeenkomstig de nieuwe norm IEC 61439
Sinds november 2014 moeten alle laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen in de Europese Economische Ruimte aan de eisen van de nieuwe norm IEC 61439 voldoen. Om personen en systemen in de elektrische installatie te beschermen, bevat de norm veiligheidstechnische eisen voor schakelsystemen zoals elektrische energieverdelingen in gebouwen en industriële toepassingen. Voor planners, installatiebouwers, installateurs en eindklanten betekent dit nieuwe eisen en nieuwe verantwoordelijkheden.
Verantwoordelijkheid voor het typebewijs
De nieuwe norm onderscheidt tussen oorspronkelijke fabrikant en fabrikant. De oorspronkelijke fabrikant is volgens de norm diegene die het schakelsysteem oorspronkelijk construeert. De oorspronkelijke fabrikant moet het typebewijs conform IEC 61438 kunnen voorleggen. In het kader van het typebewijs moeten verschillende bewijzen geleverd worden, onder andere het bewijs voor de opwarmingsgrenzen.
Om de opwarmingsgrenzen succesvol aan te kunnen tonen, moet de oorspronkelijke fabrikant bewijzen dat het vermogensverlies van de stroomvoerende bedrijfsmiddelen veilig afgeleid wordt en in de schakelkast geen te hoge binnentemperatuur ontstaat.
Voor schakelsystemen tot 1600 A kan het bewijs conform DIN EN 61439 geleverd worden door de berekening van het vermogensverlies van de gebruikte bedrijfsmiddelen. Bij schakelsystemen met meer dan 1600A moet de warmteontwikkeling gemeten worden.
WAGONews_12015_Bild1.jpg

Vermogensverlies max. 1 watt

Berekening van het vermogensverlies van rijg- en verbindingsklemmen:

Bij rijgklemmen wordt het vermogensverlies begrensd door de productnorm. Conform EN 60947 bedraagt het maximaal toegestane spanningsverlies 3,2 mV per klemdoorgang bij 1/10 van de nominale stroom. Voor de berekening van het vermogensverlies kan dus een maximaal spanningsverlies van 32 mV bij een maximale nominale stroom per belast stroompad worden benut. Deze grenswaarde wordt door de etage installatieklemmen van WAGO duidelijk onderschreden: bij de etage installatieklem 2003-7642 ligt het spanningsverlies per klemdoorgang bijvoorbeeld tussen 20,8 mV – 25,6 mV bij een maximale nominale stroom.
Voor het berekenen van de opwarmingsgrenzen kan voor de etage installatieklemmen van de serie 2003 van WAGO worden uitgegaan van een maximaal vermogensverlies van 1 W per klemdoorgang. Dit omdat de klemmen voor 4mm2-kabels geschikt zijn die over een nominale stroom van 32 A beschikken.

Praktische tips voor installatie en gebruik

  • Veilig installeren met krachtige verbindingsklemmen!
  • Isolatieweerstandsmeting in vast geïnstalleerde gebouwstroomkringen

Tip: veilig installeren met krachtige verbindingsklemmen!

Over het algemeen moeten elektrische kabels zodanig gekozen worden dat deze tijdens bedrijf niet warmer worden dan de vastgelegde bedrijfstemperatuur. Kabels worden vooral opgewarmd door de stroom die door de kabels stroomt.
De stroombelastbaarheid van een kabel definieert dan ook de maximale stroom waarmee de kabel belast mag worden - echter wel met inachtneming van bepaalde omstandigheden. Wie waarde hecht aan een veilige elektrische installatie, heeft installatiemateriaal nodig dat voldoet aan de omstandigheden ter plaatse.
Praxistipp-32015-Verbindungsklemmen1.jpg

De norm DIN VDE 0298-4 adviseert voor de stroombelastbaarheid van kabels dan ook waarden die afhankelijk van parameters zoals omgevingstemperatuur, doorsnede of installatiemethode bepaald worden. Nationaal en internationaal van betekenis zijn de installatiemethoden A1, A2, B1 en B2. Deze beschrijven de installatie op c.q. in de wand alsook onder de vloer in installatiebuizen of installatiekanalen. Met de bedrijfstemperatuur en de geleiderdoorsnede kunnen aan de hand van de installatiemethode de maximale belastingsstromen worden bepaald.

EN 60998 als fundament voor de normconforme keuring van verbindingsklemmen
Vanwege de bijzonder praktische betekenis zijn deze maximale belastingsstromen ook opgenomen in de productnorm voor verbindingsklemmen, de EN 60998. De belastingsstromen zijn dus het fundament voor de normconforme keuring van verbindingsklemmen. Fabrikanten van installatiemateriaal hebben de mogelijkheid om hun producten te beperken met betrekking tot de eisen. Zo kan bijvoorbeeld een klem waarop een 4mm2-kabel aangesloten kan worden, toegelaten zijn voor een stroom van 24A in plaats van de voor een optimaal gebruik vereiste stroom van 32 A. Onder dergelijke omstandigheden is het installatiemateriaal als het ware een "stroomrem". De beveiligingscomponenten moeten in dit geval aan het lagere vermogen van het installatiemateriaal aangepast worden. Installatieklemmen van WAGO beschikken altijd over de maximale stroombelastbaarheid van de maximaal aan te sluiten geleider. Hierdoor zijn de klemmen geen "stroomremmen" in de elektrische installatie. Gebruikers kunnen dan ook afzien van kleinere beveiligingscomponenten voor de bescherming van het verbindingsmateriaal.

Tip: isolatieweerstandsmeting in vast geïnstalleerde gebouwstroomkringen

Voor installaties in gebouwen waar zich veel mensen ophouden, bijv. in warenhuizen, ziekenhuizen, scholen, stations of hotels conform VDE 0100-718 alsook in bedrijfsruimten met een verhoogd brandgevaar conform VDE 0100- 482 is de regelmatige uitvoering van isolatieweerstandsmetingen verplicht. Deze meting maakt ook deel uit van de zogenoemde E-CHECK, die in toenemende mate, maar op vrijwillige basis uitgevoerd wordt, bijvoorbeeld door verhuurders vóór de oplevering van huurobjecten. Met de E-CHECK kan de correcte toestand van de elektrische installatie gedocumenteerd worden.
Voor de normconforme meting wordt onderscheid gemaakt tussen twee metingen: de eerste meting dient conform DIN VDE 0100-600, 2008-06 uitgevoerd te worden. De isolatieweerstand moet tussen de twee actieve geleiders en aan de aarddraad gemeten worden. Hierbij mogen de fase L en de nulleider N met elkaar verbonden worden. Bij herhalingsmetingen daarentegen moet de norm DIN VDE0105-100/A1, 2008-06 in acht genomen worden.
Installationsetagenklemme_interne_Trennung.jpg

TOPJOB®S etage installatieklem met interne scheiding, serie 2003, voor toepassingen in kleine stroomkringgroepen.

Hiervoor moeten aanvullende veiligheidsmaatregelen worden genomen, die garanderen dat een herhaling van de meting geen gevaar vormt voor personen of dieren. Bedrijfsmiddelen mogen hierbij niet beschadigd worden, ook niet bij fouten in de stroomkring. Om beschadigingen aan de bedrijfsmiddelen door de hogere testspanning van bijv. 500 V te vermijden, wordt ook in deze norm aanbevolen om de actieve geleiders L en N tijdens de meting met elkaar te verbinden.

De N/L-testadapter: meer veiligheid, minder moeite
De isolatieweerstandsmeting met de aangesloten actieve geleiders L en N heeft twee onmiskenbare voordelen: ten eerste profiteren installateurs van een hoger rendement als gevolg van de halvering van het aantal tests, aangezien bij een intacte installatie slechts één meting in plaats van twee metingen nodig is. Ten tweede garandeert de isolatieweerstandsmeting de bescherming van de in de stroomkring aangesloten apparaten tegen onherstelbare schade door de hoge testspanning bij fouten of storingen in de installatie.
In verband met de in de norm vastgelegde eis dat in iedere uitgaande stroomkring met geleiderdoorsneden kleiner dan 10mm2 een eenvoudige meting van de isolatieweerstand van alle geleiders tegen aarde zonder loskoppelen van de nulleider mogelijk moet zijn, worden in dergelijke installaties etage installatieklemmen met een N-scheiding toegepast.
De TOPJOB®S etage installatieklemmen met interne scheiding van de serie 2003 beschikken over een interne scheidingsmogelijkheid op het bovenste klemmenniveau, bijv. de scheiding van het N-potentiaal. De hiervoor ontwikkelde N/L-testadapter (2003-499) verbindt de twee bovenste klemmenniveaus in gescheiden toestand met elkaar en maakt zo een eenvoudige en veilige isolatieweerstandsmeting mogelijk.

Uw voordelen in een oogopslag:

  • Hoge nominale stromen maken een veelzijdige inzet en een veilig bedrijf mogelijk
  • Innovatieve N/L-testadapter garandeert een economische bundeling van de actieve geleiders en een extra bescherming van de aangesloten apparaten
  • De basisklem maakt het gebruik met de nieuwe dubbele zekeringhouder als zekeringsklem in de genormeerde uitsparing van de verdeler mogelijk
  • Compacte afmetingen voor voldoende ruimte voor de bedrading
  • Etage installatieklemmen met interne scheiding kunnen gekoppeld in de verzamelrail (10 x 3 mm) geïnstalleerd worden

Meer praktische tips

Praktische tips

Rijgklemmen

Voor de correcte omgang met rijgklemmen van WAGO hebben wij alle nuttige informatie voor u samengevat.

Bühnenbild_Reihenklemmen_2000x1500px.jpg
Praktische tips

Verbindingsklemmen

Voor de veilige omgang met verbindingsklemmen van WAGO hebben wij alle belangrijke informatie voor u samengevat.

Installationsklemmen_Bühnenbild_2000x1500px.jpg
Praktische tips

Overige producten

Voor de succesvolle omgang met onze producten hebben wij nuttige informatie over mogelijke toepassingen voor u samengesteld.

s_montage_interface_electronic_002_xx_2000x1500.jpg
Uw contactpersoon bij WAGO

Verkoop NL

Vertrieb_kontaktmodul_kundenservice_vertrieb_mann_gettyimages_482100240_400x346

Andere serviceaanbiedingen: